Flauwe woordspeling, ik weet het. Oh wacht, dat moet je anders brengen als je een serieuze audio-influencer wil zijn. Meesterlijke woordspeling, die meteen laat zien dat ik mijn klassiekers ken, zowel audio als muziek! Ach stik, ik geef het op. Ik gewoon schrijven over audioe en gefröbel.
Jamo dus. Luidsprekers. Bekend van de Power-serie, die er erg indrukwekkend uitzag en geweldige specificaties had. Volkswagen was nog niet op het idee van sjoemelsoftware gekomen toen Jamo dat al volop in de praktijk toepaste met hun eigen meetmethode, die aanzienlijk beter cijfers opleverde dan de meetmethodes die de meeste luidsprekers bouwers gebruikte.
Ook de bouwkwaliteit van sommige/veel Jamo luidsprekers was niet zo goed als je op het eerste oog zou denken met dunne wanden, minimale scheidingsfilters en andere geld- en kwaliteitsbesparende maatregelen. Rotzooi dus? Zeker niet, want Jamo kon/kan het wel als ze willen. De Jamo R 909 dipool uidspreker bijvoorbeeld is een kunstwerk om te zien én om te horen.
Het Deense merk was ook niet bang voor een stukje innovatie (en uitgebreide marketing daaromheen). Zo kwam het merk met de CBR (Central Bass Reflex), push-pull configuratie van woofers (OK, dat hebben ze niet zelf bedacht) en (nu komen we langzaam maar zeker waar we zijn moeten) NCC-frontpanelen. Non Coloration Compound. Dat zijn twee lagen kunststof waar kwartszand tussen geperst zit, zodat het zwaar is en niet meetrilt. En laat ik nu een paar Jamo’s hebben met zo’n frontpaneel. Je verwacht het niet!
De Jamo Concert serie was (als ik het goed heb) Jamo’s eerste poging een serieuze luidspreker voor audiofielen te bouwen. Ik had al eens de Jamo Concert II in huis gehad en dat was een prima luidspreker. Stevige kast, prima drivers en klonk neutraal. Omdat het een klein tweewegje was geen uitgebreid laag, maar al met al viel er prima mee te leven. Maar nu gaan we een maatje groter met de Concert V. Een stevige zuil met een tweeëneenhalfwegsysteem. Aan de voorkant een tweeter en een woofer en als verrassing aan de achterkant nóg een woofer. De tweeter doet de hoge tonen (dûh!), de woofer aan de voorkant laag én mid en de woofer aan de achterkant alleen het laag.
Die drivers zitten in een meer dan degelijke kast met zo’n NCC voorfront en verder 22 mm MDF panelen.
En dan heeft Jamo ook nog iets heel slims gedaan, tenminste, dat vind ik dan (maar wat weet ik nu van audio?). Ze hebben het voorpaneel en het achterpaneel via een hardhouten staaf met elkaar verbonden, waardoor die nog minder geneigd zijn mee te trillen.
Alhoewel de meningen daarover verschillen. Bij het zoeken naar info kwam ik mensen tegen die vonden dat de behuizing wel beter kon. Ik zal je eerlijk zeggen dat ik wel onder de indruk ben, helemaal omdat ik ze een paar keer de trap op- en af gesjouwnd heb. Laat ik het zo zeggen: dan hoef je niet meer naar de sportschool.
De drivers zijn een Seas H400 tweeter met metalen dome en twee Jamo W200 (?) woofers. Of ze die zelf hebben gebouwd of er een sticker overheen hebben geplakt weet ik niet, maar dit is een 150 mm woofer met een geïnverteerde rubber rand en een stevige magneet. De gedeelte van het front waar de tweeter in is gemonteerd loopt een klein beetje naar achter.
Het filter is meteen achter de luidsprekerterminals geplaatst en degelijk opgebouwd, maar niet heel spannend. Op een forum liet iemand het hele filter overbouwen met betere componenten, maar dat leek me:
A; te veel op werk, en:
B het kostte geld.
Maar omdat er toch iets gefröbeld moest worden heb ik wel de condensator* die voor de beveiliging van de tweeter zorgt weggehaald (dat blauwe blokje in dat rode rondje) en dat leek zowaar een verbetering. Maar daar kom ik straks op.
Of eigenlijk kom ik daar nu op, want ik heb wel genoeg beschreven hoe ze in elkaar zitten. Zoals gezegd: dit zijn qua formaat redelijke zuilen: 800 x 245 x 275 mm en een gewicht van 19 kilo per stuk. Het frequentiebereik wordt opgegeven als 30 tot 22.000 (op andere sites was dat nog maar 20.000) Hz, een meer dan fatsoenlijk laag dus. Omdat ik geen zin in nog meer gesjouw had heb ik ze in mijn woonkamer neergezet, aangesloten en ben gaan luisteren.
Die 30 Hertz in het laag geloof ik wel. Misschien is het 31, maar deze jongens kunnen laag. En (naar mijn smaak) is er geen sprake van kastkleuring, maar doet dat fancy frontpaneel en de extra verbinding met het achterpaneel precies wat ze moeten doen: niets. Nou ja, niets als in ‘niet meetrillen’. Het hoog is fris en redelijk gedetailleerd, het midden blijft naar mijn smaak een heel klein beetje achter, maar niet storend. Het stereobeeld is op zich heel breed maar niet heel precies, diepte is er niet of nauwelijks. Dynamiek is er dan weer wel, hoewel dat misschien ook met mijn machtige Threshold eindversterker te maken heeft die een ijzeren greep op luidsprekers heeft.
The end.
Of nee, nog niet. Zoals gezegd: ik heb condensator C4, die als tweeterbescherming fungeert, er tussen uit gehaald. Kan dat zomaar? Zeker. Dat wist ik uiteraard, dus ik was helemaal niet zenuwachtig toen ik voor het eerst ging luisteren dat er rook uit mijn versterker zou komen. Of uit de luidsprekers. Of uit allebei.
Maar goed, dat kan dus gewoon. En het doet volgens mij zeker wat. Daar moet ik bij aantekenen dat er best wat tijd tussen luisteren met en zonder C4 zat, dus helemaal betrouwbaar is het niet. Maar dat weerhoudt mij er niet van (zoals gewoonlijk) het toch op te schrijven.
Naar mijn smaak is het zonder die condensator* echt beter. Het stereobeeld leek preciezer, het midden wat meer in balans en er leek nog net iets meer detail te zijn (en dat was al niet misselijk). Er was zelfs enige diepte (hoewel de wens in dit geval de vader van de waarneming kan zijn), maar dat blijft een zwak punt.
Hai-ent dus? Ja, tot op zekere hoogte. Jammer van de diepte en het stereobeeld dat met mijn ADAM’s gewoon beter is. Verder is dit een prima luidspreker die zeker in het laag recht van spreken heeft. Al is het maar omdat ze zo zwaar zijn, voorlopig blijven ze even staan tot mijn rugpijn over is en ze een verdieping omhoog gaan.
* Ik begrijp uit betrouwbare bron dat het geen condensator is, maar waarschijnlijk een VDR, een Voltage Dependent Resistor die de tweeter voor al te enthousiast gebruik beschermt. Zo leer ik elke dag weer bij!